De Meidoorn wint altijd

10 juni 2010 om 00:00 Nieuws

De benaming ‘Meidoorn’ behoeft geen nadere uitleg voor wie deze doornige struik in de meimaand in bloei ziet. Witter dan wit. Je zou je erover kunnen verwonderen, dat de witte bloesem nog nooit in een wasmiddelenreclame onderwerp van overtuigingskracht is geweest. Waarschijnlijk vanwege de scherpe stekels. De schoonheid van de bloesembloei, de vruchten in het najaar en het harde hout in al zijn ‘vezels’ heeft de meidoorn in het volksleven een zekere magie gegeven.

Mens en dier leggen het altijd af tegen die gemeen scherpe en zeer krachtige doorns. Een meidoornhaag is vrijwel ondoordringbaar voor grotere (roof)vogels en daarmee geschikt als broedplaats voor zangvogeltjes. De stekels prikken je door je werkhandschoenen heen. Van jaren geleden herinner ik me nog eens een lekke band te hebben gekregen door over een dor meidoorntakje te fietsen. Naast het fietspad stond een meidoornhaag, die me altijd opviel, omdat zij een karmozijnrode bloesempracht had. Natuurlijke verspreiding van de plant gebeurt door zaad. Lijsters, merels en mezen trekken op de besachtige vruchten. In het voorjaar bezoeken bijen, wespen en vliegen de geurende bloemen.

Monocultuur

De meidoorn of haagdoorn is vrijwel overal geschikt als afscheiding in tuinen en langs wegen. Aan de bodemsoort stelt zij weinig eisen. Ook qua vochtigheid is ze niet kieskeurig: de struik kan in haar volle wasdom tot zes-zeven meter hoogte bereiken en dat op zowel vochtige gronden als in droog heuvelachtig terrein. Overigens is gebleken, dat dit tot een overwoekering van de soort kan gaan leiden. En wel in natuurgebieden waar de zogenoemde ‘grote grazers’ als Schotse Hooglanders en Gallowaykoeien zijn ingezet als natuurlijke grasmaaiers. Die lusten alles wat mals is : jonge eikjes, berkjes of sparretjes weg ermee. Alleen voor stekelige struikjes als sleedoorn en meidoorn passen ze wel op, Let maar eens op in natuurgebieden met meidoorn. Bij veel begrazing door grote grazers ontbreken daar jonge scheuten van dennen, eiken en dergelijke.

Magie

Oude volkeren zagen in de meidoorn een heilige struik. In Griekenland was de struik aan Maia, de godin van de meimaand, toegewijd. Bij de Romeinen speelde de meidoorn een rol bij het huwelijk. Het harde hout werd voor toortsen gebruikt en de bloesems tot kransen gevlochten. Bloemenkransen hebben door de eeuwen heen, juist bij leven en dood, een hoopvolle symboliek gekend. In sommige streken van Frankrijk werden tot recent nog bloeiende meidoorntakken boven het wiegje van een pasgeborene gehangen. Nu is de jongste trend van basisschoolkinderen een slinger van kunstbloemen om het fietsstuur te draperen (“verkrijgbaar bij de Hema” zei onze oudste dochter). Er zijn meidoornhagen aangetroffen rond hunebedden en Germaanse offerplaatsen. De herkomst van de wetenschappelijke naam van de meidoorn Craetegus slaat op het Griekse Krataios wat stevig betekent. Vroeger werd een beulshakblok wel eens uit het harde hout van de meidoorn vervaardigd.

Tekst en foto: Kees de Kroon

advertentie
advertentie