De traditie mag doorbroken worden

2 mei 2008 om 00:00 Nieuws

Misschien was dit wel een beetje een gewaagde uitspraak, maar dat mag best eens uit de computer rollen van een columnist. Die moet af en toe iets signaleren en daar een prikkelende conclusie en/of idee aan verbinden. Dat de traditionele landschapschilderkunst een beetje eenvormig is, lijkt wel bewezen. Maar, niets ten kwade van de fijnschilders die nu nog proberen de Hollandse landschapschilders uit de 17de eeuw te evenaren. De glorietijd van het realistisch geschilderd landschap ligt inmiddels bijna 400 jaar geleden, zo rond 1630. Daarvóór was het landschap altijd maar een beperkt onderdeel van een schilderij; dan was het meestal een achtergrond op een religieus werk. Het hoofdonderwerp was dan bijvoorbeeld een Maria met Christuskind en de achtergrond bestond uit een gefantaseerd landschap waarvan de verhoudingen totaal niet klopten.

Ja, het stond vorige week in deze column: ‘Het zou aardig zijn onze vaste ‘heuvelrug schilders’ eens het idee aan te dragen de route van de Heuvelrug-Express in beeld te brengen’. Ik meldde dit met de bedoeling de inspiratie eens te verleggen en een andere benadering van hetzelfde onderwerp te kiezen. Helaas pakten enkele portrettisten van het heuvelrug-landschap het een beetje anders op. Maar, ik had het totaal niet over de kwaliteit van de werken; er was geen waarde oordeel aan verbonden. Het slot van mijn idee was slechts ‘een leuke tentoonstelling in het Cultuurhuis….’.

Spelen met de horizon

Een aardig intermezzo in de landschapschilderkunst ontstond toen aan het begin van de 17de eeuw Vlaamse landschapschilders naar de Noordelijke Nederlanden kwamen. Zij brachten het landschap op een andere manier onder de aandacht: een hoge horizon en mooie vergezichten met links en rechts op het doek zware boomgroepen en berghellingen. Maar, het landschap zelf is dan het onderwerp, dat door de Hollandse schilders verder ontwikkeld is tot een realistische voorstelling. Dat betekende de komst van de lage horizon - twee derde lucht en één derde land - en diversiteit in het landschap als zeegezicht, bosgezicht en riviergezicht. Iedereen kent wel een rijtje Hollandse 17de eeuwse meesters van het landschap, maar heeft meestal geen vermoeden van het feit, dat die landschappen uitsluitend in het atelier tot stand kwamen. De verf in de tube moest nog uitgevonden worden voordat de Hollandse schilders uit de 19de eeuw buiten gingen werken. Naar het voorbeeld van de Franse impressionisten probeerden die Hollanders de sfeer te vatten van het veranderende landschap. Tot op de dag van vandaag proberen schilders en tekenaars eigenlijk precies hetzelfde. Het volmaakte landschap wordt waarschijnlijk nooit geschilderd; dat zou immers het einde betekenen van een bijna vier eeuwen oude schilderkunstige traditie…… Beste heuvelrugschilders, de vorige column was een ijdele poging een fundament te leggen voor een nieuwe traditie in de landschapschilderkunst met als thuisbasis de Utrechtse Heuvelrug.

Nicole van der Schaaf

advertentie
advertentie