Beleef het opnieuw: Rijksveldwachter A. Dingemanse

De kop van deze rubriek laat zien dat we, door alle reacties, achter de naam van de persoon op de foto gekomen zijn. A. Dingemanse Rijksveldwachter in Doorn en omgeving. Het is al een aardige tijd geleden dat deze foto gemaakt is. Het jaartal moet rond 1920 zijn. Veldwachter werd je niet zomaar en we hebben ze in Nederland ook niet altijd gehad. Sinds de Franse tijd werden er gemeente- rijksveldwachters aangesteld. De eersten hadden alleen bevoegdheid binnen de eigen gemeente. Daardoor werden ze eveneens aangesteld als onbezoldigd rijksveldwachter. In Nederland was de gemeenteveldwachter nauwelijks een professionele politieman. Men vond de functie van veldwachter ook niet erg belangrijk. Hij werd slecht betaald en boezemde niet erg veel ontzag in door zijn, doorgaans versleten, uniform. Hij verdiende rond 250 gulden per jaar. Maar de veldwachter werd ook ingezet voor andere taken zoals bode en opzichter bij openbare werken. Rond 1930 werd dit alles een beetje professioneler. De veldwachter kreeg zelfs dertig gulden rijwielvergoeding, vijftig gulden diplomatoelage en honderd gulden uniformgeld. Ook hoefde hij niets te betalen voor de woning waar hij in woonde en kreeg hij gratis medische behandeling. In zijn werk stond hij er ook niet meer alleen voor. Zo werden er bij bijzondere gelegenheden (een kermis) rijksveldwachters van het district ingezet of hielpen leden van de Koninklijke Marechaussee mee. De laagste graad was veldwachter; de tussengraad was aangestelde veldwachter. Hij had de bevoegdheid als Officier van Gerechtelijke Politie (OGP); hoogste rang was hoofdveldwachter. Hij was zowel OGP als OBP (Officier Bestuurlijke Politie).