De Klapekster: symbool van goed Natuurbeheer

9 maart 2012 om 00:00 Nieuws

Vogelbescherming heeft in haar recente uitgave van Vogels een artikel: 'een heel jaar klauwieren'. In de intro: ,,een grauwe klauwier is niet grauw, een klapekster geen ekster'. De klapekster is de winterse variant van de beide klauwieren: 2012 is door het Zeistse instituut uitgeroepen tot het 'Jaar van de klauwier'. Over de grauwe klauwier schreef ik al eens in 2010.

De klapekster of winterklauwier is een opmerkelijke vogel voor ons Nationaal Park Utrechtse Heuvelrug. Het is een aanbeveling hem tot symbool te verheffen. Uniek voor het Nationaal Park met de grootste bezoekersdichtheid. Ook al wordt de klapekster hier zelden waargenomen, hij gedijt er wel in het goede natuurbeheer met door corridors aaneengesloten heidevelden en open kapvlaktes in het bos. Ondanks de recreatiedruk van nabijgelegen stadsagglomeraties leveren de terreinbeherende organisaties op de Utrechtse Heuvelrug een prestatie van formaat. Het idee de klapekster als symbool te kiezen is ontleend aan de flyer ' Twintig Nationale Parken: Natuur op zijn best. In die brochure (uitgave IVN-Nationale parken 2007/2008) prijkt naast het Sterrenbos en het hoogste punt (69m) op de Ameronger Berg de beeltenis van de Klapekster.

Luchtig ophangen

De Vogelatlas (uitgave 2009) noemt met 200-300 exemplaren in de winter de klapekster nog steeds schaars. Als biotoop kiest hij een omgeving van heide, veengebieden en stuifzanden. Terreintypen, die in ruime mate voorkomen tussen pakweg Het Leersumse Veld tot de woongrens met Veenendaal, een landschap dat volop doorsneden is met een lint van corridors langs plassen en zandvlaktes. Belangrijke voorwaarde voor de verbindende zones is dat er voldoende muizen, hagedissen, vlinders, kevers en ander klein grut aanwezig is. Klapekster en grauwe klauwier zijn bekend van de nare gewoonte hun prooien, die niet direct genuttigd worden aan doorns of prikkeldraad te steken. Voorraadbeheer op hoger niveau: luchtig opgehangen blijft de versheid het langst bewaard.

Bandietenmasker

De klapekster laat zich meestal zien vanaf de top van een uitkijkpost, speurend naar vliegende of kruipende prooi of beducht voor gevaar in de lucht. Hij trekt zich van de passerende wandelaar of fietser nauwelijks iets aan. Tijd genoeg om de enkele maal dat je hem waarneemt, zijn in grijs en zwart getint verenkleed te bewonderen. Zijn bandietenmasker past hem uitstekend. Hij is voor geen kleintje vervaard. Alhoewel hij geen roofvogelklauwen heeft en slechts een klein haakje aan de snavel durft hij zonder dralen een vogel van bijna gelijke grootte uit de lucht te plukken. Hij kan bidden als een torenvalk. Kenmerkend is verder nog dat hij in de vlucht met de staart zwiebelt. Van de ene naar de andere uitkijkpost duikt hij naar lagere hoogte, waarbij hij als de groene specht een diep golvend vliegbeeld heeft. Al met al een prachtig gezicht. De natuur op zijn best op de Utrechtse Heuvelrug (wordt vervolgd)

Tekst: Kees de Kroon

Foto: Paul Dirksen

advertentie
advertentie