Driehoeksruil is een feit
Na vijf jaar grondruil gerealiseerd MAARN - Voor een feestelijke terugblik op een unieke gebeurtenis kwamen deze week een aantal betrokkenen bij elkaar in Huis te Maarn. Met als onderwerp de ondertekening in december 2007 van een driehoeksruilakte van bosgrond door de gebroeders van Notten van Huis te Maarn, Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer. door Han Overkamp
De landgoedmanagers Jim en Ben van Notten bedachten ruim vijf jaar geleden het eerste plan, voor een ruil tussen hen en Natuurmonumenten. Met gesloten beurzen. Dit plan stuitte evenwel op hevig verzet van Natuurmonumenten. De toen heersende cultuur in deze Vereniging was kortweg: ‘wat van ons is blijft van ons!’ Het plan verdween in de spreekwoordelijke lade. Maar in 2005 kwam er een kentering. Er was een nieuwe directeur aangetreden bij Natuurmonumenten en er kwam een mogelijke ruil met Staatsbosbeheer in zicht. De van Nottens kwamen wederom in actie, nu met het plan voor een driehoeksruil. Gelukkig voor hen bleek dat bij Staatsbosheer een manager werkzaam was die gloeiend warm liep voor hun plan. En dat Natuurmonumenten het eigen beleid ging herzien.
‘Renkumse Beek’
Uiteindelijk is overeengekomen en geregeld dat de van Nottens hun landgoed ‘de Renkumse Beek’ van ca 90 ha hebben overgedragen aan Staatsbosbeheer Gelderland en daarvoor van Natuurmonumenten Utrecht ca 90 ha bos ontvingen, grenzend aan hun landgoed. Op haar beurt ontving Natuurmonumenten van Staatsbosbeheer Utrecht een perceel bos, aansluitend op haar bezittingen op de Utrechtse Heuvelrug. Het doel van deze driehoeksruil is het behalen van natuurwinst met betrekking tot de ecologische verbindingszone Rijn-Veluwe en efficiencywinst in het beheer. Dit ruilproces mag uniek genoemd worden, want een ruil tussen particulieren en natuurbeschermingsorganisaties komt tot op heden nog maar zelden voor.
In zijn terugblik legde Jim van Notten uit waarom de drempels hoog waren en waarom iedere nieuwe deadline steevast overschreden werd. ,,De emotionele weerstand bij Natuurmonumenten was begrijpelijk, want beheerders hebben nu eenmaal liefde voor hun terreinen. Maar op emoties kun je niet bouwen en dus ging voetje voor voetje het roer om bij Natuurmonumenten. Dan het aantal betrokkenen bij de ruil: het werd allengs een kluwen van organisaties en hotemetoten die allemaal hun zegje wilden doen.” Het project liep ook nog eens vertraging op toen bleek dat er een half jaar over heen ging voordat de exacte grenzen van de drie bosgronden duidelijk uitgezet waren.Een andere hindernis waren de beheers- en ontwikkelingsplannen die opgesteld waren voor elk terrein door de betrokken eigenaar en waarvan deze eigenlijk niet wilde dat daar verandering in zou komen. Maar eind goed al goed, temeer daar het uitgangspunt: met gesloten beurzen ruilen, kon worden gerealiseerd.