Steun voor bezoekersmaximum in regio Utrecht sterk gedaald
2 april 2021 om 05:00 Corona CoronavirusHEUVELRUG Het draagvlak voor het bezoekersmaximum is bij de inwoners van de regio Utrechtse Heuvelrug flink gedaald. Dat blijkt uit cijfers van het RIVM. Nog geen dertig procent, 29,8 procent om precies te zijn, van de inwoners in de veiligheidsregio Utrecht stond in maart achter het advies om maximaal één persoon per dag te ontvangen. In januari was dat nog 49,6 procent. Ook het percentage van de inwoners dat de maatregel naleeft is gedaald, van 81,3 procent in januari tot 68,2 procent in maart.
Vorige week maakte het kabinet bekend het huidige maatregelenpakket nog tot zeker 20 april te verlengen, maar de avondklok wel een uur later in te laten gaan. Van de maatregelen is het draagvlak voor het bezoekersmaximum met afstand het laagst (landelijk 38 procent). Ter vergelijking: de avondklok, de op één na minst gewaardeerde maatregel, is met 65 procent de eerstvolgende.
Het draagvlak voor het huidige bezoekersmaximum is in de veiligheidsregio Utrecht het laagst, in het Gelderse rivierengebied en in Noord-Limburg het hoogst. Tussen januari en maart daalde het draagvlak in alle veiligheidsregio’s. Het hardst gebeurde dat in de regio Brabant-Noord.
Bekijk in onderstaande interactieve kaart de cijfers voor alle veiligheidsregio’s van Nederland. Klik op een regio voor meer informatie.
Over de cijfers: Op deze kaart zie je hoeveel procent van de inwoners (16 jaar en ouder) achter de maatregel staat om niet meer dan maximaal één bezoeker per dag te ontvangen. Dat percentage voor eind januari en maart is met elkaar vergeleken, om te komen tot de daling van het draagvlak in %-punten. Dat getal bepaalt de kleur op de kaart. De cijfers van januari zijn gemeten tussen 25 januari en 1 februari. De cijfers van maart gaan over de periode van 9 tot 15 maart.
Over het onderzoek: Het RIVM meet elke drie weken of Nederlanders de gedragsregels steunen en of zij zich aan deze regels houden. Dit doet het instituut door middel van een steekproefsgewijze enquête. Elke ronde wordt de vragenlijst door in totaal ongeveer 5.000 personen ingevuld, 200 respondenten per veiligheidsregio. De resultaten worden gewogen naar leeftijd, geslacht en opleidingsniveau op basis van populatiecijfers van het CBS. Weging zorgt ervoor dat eventuele ondervertegenwoordiging van een bevolkingsgroep in de steekproef wordt gecompenseerd.