Wilde zwijnen op Heuvelrug?

5 augustus 2010 om 00:00 Nieuws

De spanning in het bos, die er wel is als je de kans loopt om de dieren tegen te komen, mist de bioloog Everwijn. ,,Ze zijn al eeuwen weg en in mijn ogen is de Utrechtse Heuvelrug een beetje saai. Bovendien blijft het voedsel - de vele eikels en beukennoten - ongebruikt in het bos achter. Maar het is vooral cruciaal voor het behoud van het gebied.”

Spanning in bos, maar ook schade en overlast MAARSBERGEN - ,,Mensen zijn steeds verder verwijderd geraakt van de natuur, meer dieren om je heen brengt de natuur dichterbij”, meent Boris Everwijn. Die de betekenis van zijn naam - vriend van het zwijn - eer aan doet en pleit voor terugkeer van de grote hoefdieren op de Heuvelrug. ,,Wilde zwijnen uit de Veluwe worden nu actief tegengehouden, haal je de hekken weg, dan zijn ze hier binnen een jaar. Edelherten zijn schuwer, maar zullen volgen.”

door Monique José Timmermans

Everwijn legt uit: ,,Als de keuze voor grote hoefdieren gemaakt wordt, is bescherming van het gebied noodzakelijk. Verrommeling of versnippering van het landschap kun je niet meer toestaan, de natuur krijgt dan echt een kwaliteitsstempel waar de gemeente over moet waken. Daarnaast is er een ecologische meerwaarde. Het woelen van de zwijnen in de grond gaat verstikking tegen en werkt daarmee positief op de diversiteit in flora en fauna.”

Het komende half jaar moet er meer duidelijkheid komen. ,,De commissie beheer en inrichting van het Nationaal Park Utrechtse Heuvelrug heeft tijdens een sessie eind mei voors en tegens op een rijtje gezet. De provincie werkt aan een notitie over grote hoefdieren op de Heuvelrug. Het is door alle facetten een groot onderwerp.”

In de ogen van Everwijn zou een haalbaarheidsstudie onder de bevolking moeten worden gehouden. Immers het toelaten van wilde zwijnen en edelherten zal ook voor overlast zorgen ,,En daaraan zijn we niet meer gewend, het wordt snel als hinderlijk ervaren. Terwijl een omgeploegd grasveld niet het einde van de wereld is, maar wel een stoer verhaal op je werk”, grapt hij. Ten behoeve van de verkeersveiligheid acht Everwijn een maximum snelheid van 60 km op de provinciale wegen tijdens schemer en donker niet meer dan logisch.

De volgende stap zou zijn het onderzoeken van de stiltegebieden waar de dieren zich kunnen terugtrekken. ,,Hoe groot, wat mag er wel en niet. Nu kunnen we overal lopen of fietsen, al dan niet met de hond.” En tenslotte het financiële plaatje. ,,Vergoedingen voor schade aan landbouw moeten beschikbaar zijn.”

In de afgelopen jaren is een groot aantal maatregelen genomen en staan er nog vele op stapel, zoals de aanleg van ecoducten, om de migratie van dieren vanuit de Hoge Veluwe naar de Utrechtse Heuvelrug mogelijk te maken. Het is aan de Provincie om te beslissen of deze dieren ook echt welkom zijn.

Boris Everwijn: ,,Ik ben niet zo’n natuurfreak dat ik de mens uit het oog verlies, maar in dit geval denk ik dat men geleid wordt door angst. De nadelen zijn relatief. Ik zou als ijkpunt voor populatiebeheer pleiten voor hoeveelheid aanvaardbare maatschappelijke en economische schade en niet voor aantallen dieren, zoals op de Veluwe.”

advertentie
advertentie