Heuvelrug Natuurlijk: Korenbloem, een akkerkruid voor wel en wee

7 juli 2011 om 00:00 Cultuur

Toen ik onlangs op de eerste afslag van de A12 uit Utrecht onze gemeentegrens naderde zag ik in een flits een blauwzweem in een korenveld hangen. Korenbloemen, al jaren niet meer gezien. Daar moest ik op af. Ze bleken zo massaal aanwezig te zijn, dat de boer ze, vermengd in het roggezaad aangeschaft moet hebben. Ook kamille groeide er. Van een enthousiaste vriendin hoorde ik een paar dagen later dat er ook korenbloemen bloeien in de omgeving van Maarn. Door zaadveredeling, kunstmest en hoge productiviteitseisen is de korenbloem de afgelopen halve eeuw uit het landschap verdwenen. Gelukkig zaaien steeds meer natuurminnende boeren weer zaadmengsels voor een mooiere flora en fauna.

Door hun felheid van kleur zijn klaprozen en korenbloemen in korenvelden veelvuldig bezongen door dichters en schrijvers. Over de korenbloem dichtte Constantijn Huijgens

De bloem is noodeloos in het koren en nochtans,

Daar is geen weerseggen aan, sij geef tde tarw’ een glans

In het Nederlands genoemd naar zijn traditionele groeiplaats zou de Latijnse benaming Centaurea cyamus vernoemd zijn naar het paardmens Cheiron. Deze centaur was getroffen zijn door een giftige pijl. Hij behandelde de wond met korenbloemen en genas. Er zijn nog meer mythologische verklaringen, die de korenbloem een zuiverende of aan de Goden gerichte levenskracht toedichtte. De soortnaam ‘cyanus’ slaat op de donkerblauwe kleur. Via beschavingsoffensieven van vóór de jaartelling is de korenbloem met de verbouw van primitieve graangewassen uit Azië via Italië opgetrokken naar Noordeuropa.

Bestendig

Met haar lange stengel is de korenbloem uitermate flexibel. Zacht wiegend met de wind bleek mij, bij slechts een zuchtje wind, de grootste bloem op de foto met een compactcamera niet scherp in beeld te krijgen. Het mooie blauw van de bloem tussen deinend goudgeel koren heeft de korenbloem tot een symbool voor trouw en bestendigheid gemaakt. Traditioneel werden van korenbloemen kransen gevlochten die in huis werden opgehangen of op het altaar werden aangeboden:

God gruet de bloem, die staet in ‘t koern, blau van verwen als lazure

dat bistu, moeder uitvercoren

ende daartoe maged pure

En zo verder: een aanzoek aan Maria om uitverkoren te worden. ‘Lazure’is een diepblauwe edelsteen.

Wel en wee

Over ‘maget pure’gesproken! Geneeskracht of gifkracht liggen experimenteel dicht bij elkaar. Tot de gifkeuken der natuur behoort moederkoren, een giftig donker zwammetje dat zich boven tegen het los komende kafje van een roggekorrel nestelt. Ik herinner me die zwarte spikkeltjes nog wel op overrijpe roggearen. Een goedje dat op de baarmoederspieren werkt. De mare ging dat onbedoeld zwangere vrouwen er een stiekeme toepassing aan gaven. Als geneesmiddel kenden de oude Chinezen het al en aan het einde van de zeventiende eeuw gebruikte Camarus in Tübingen het moederkoren in zijn verloskundige praktijk (bron Engel 1972, die Giftküche der Natur)

Tekst en foto: Kees de Kroon

advertentie
advertentie