Mensen gebruiken Jeugdcultuufonds nauwelijks

HEUVELRUG – Je kunt je kindertijd niet overdoen en dus is elke gemiste kans er een teveel. Om kinderen uit minder fortuinlijke gezinnen een cultureel zetje in de rug te geven, stelde wethouder Elisabeth van Oostrum eerder dit jaar geld beschikbaar aan het Jeugdcultuurfonds. Dat is minimabeleid in de praktijk, maar stormlopen deed het nog niet.

door Michiel Schaaij

Het college reserveerde genoeg financiële middelen, om zo’n 70 kinderen te laten dansen, zingen, toneelspelen of tekenen. De reacties bleven echter beperkt tot een handjevol aanmeldingen. Is er dan geen armoede in de dorpen van de Utrechtse Heuvelrug? Provinciaal jeugdconsulent Marjon van Laarhoven kan het zich nauwelijks voorstellen. ,,Mensen weten de weg nog niet te vinden en wellicht is de drempel te hoog”, vermoedt ze. Ook in andere Utrechtse gemeenten had het Jeugdcultuurfonds tijd nodig, om aan te slaan. Een bijdrage uit het fonds kan worden aangevraagd door beroepskrachten zoals leraren, hulpverleners, en maatschappelijk werkers. Die komen tot nu toe onvoldoende in actie, vindt Van Laarhoven.

,,Daarom kunnen ouders misschien zelf op een tussenpersoon afstappen en aan de bel trekken”, stelt ze voor. De samenwerkingsovereenkomst die Van Oostrum in april met het Jeugdcultuurfonds tekende, is geen overbodige luxe. Het gaat om actieve kunstbeoefening voor kinderen van vier tot achttien jaar, die daar anders om financiële reden niet aan toe zouden komen. Als jeugdconsulent kan Van Laarhoven moeiteloos voorbeelden uit de dagelijkse praktijk opsommen. Het gaat vaak om alleenstaande ouders, die de eindjes nauwelijks aan elkaar kunnen knopen. Culturele activiteiten zijn voor hen te kostbaar, ook al zouden de kinderen daarvan opbloeien. Voor jongeren uit probleemgezinnen kan het Jeugdcultuurfonds eveneens uitkomst brengen. Door te dansen, muziek te maken of te schilderen, breekt een kind uit de dagelijkse sleur. Zo wordt het gemakkelijker om even afstand te nemen van de moeilijke thuissituatie. ,,Nu heb ik iets leuks om naar uit te kijken”, aldus een 9-jarig meisje. ,,Als ik aan het dansen ben, vergeet ik alle problemen.” Om administratieve rompslomp voor de ouders te voorkomen, sturen culturele instellingen en lesaanbieders de rekening rechtstreeks naar het Jeugdcultuurfonds. Er komen geen ingewikkelde aanvraagformulieren of bonnetjes aan te pas.

Meer informatie op www.jeugdcultuurfonds.nl.