Ingezonden: Maarnse Koeheuvels: Natuurlijke kunst

11 november 2010 om 00:00 Achtergrond

De Maarnse Koeheuvels is een bijzonder interessant stuifzandgebied, zoals Nicole van der Schaaf onlangs in haar column beschreef. Niet alleen het artikel, maar ook de bijzonder fraaie, kunstzinnige foto van Kees van Lambalgen trok mijn aandacht en daarover wil ik u het een en ander vertellen.

Om dit profiel te begrijpen, gaan we terug naar de laatste ijstijd. Het landijs bereikte Nederland niet. De gemiddelde jaartemperatuur bedroeg toen ongeveer zes graden onder nul. Tijdens de koudste perioden groeide er nauwelijks iets en was de kale poolwoestijn en toendra gevoelig voor verstuiven. Dat gebeurde in perioden die we nu dekzand met als laatste Jong dekzand II noemen. Gedurende 11.000 tot 10.000 jaar geleden kregen wind- en sneeuwstormen vat op de kale bodem van de stuwwal, nu de Utrechtse Heuvelrug. Het zand ging stuiven en werd in lage en hoge delen afgezet. Dat betreft hier de dekzandrug, die gedurende 1000 jaar laagje na laagje tot een meer dan twee meter dikke laag is afgezet. Dit dekzand ligt rondom de Utrechtse Heuvelrug en wordt gordeldekzand genoemd.

De gevormde dekzandrug met licht geelbruin zand lag er kaal bij, maar 10.000 jaar geleden veranderde het klimaat en komen we in de huidige warme periode terecht. Vanaf die tijd vindt er een eeuwenlang proces van bodemvorming van deze droge, arme gronden plaats. Bij de wat rijkere gronden van de Heuvelrug is deze bodemvorming anders. Door het warmere klimaat raakte deze dekzandrug begroeid met bos en ontstond er bosstrooisel, wat door organismen tot humus werd afgebroken. Door bodemorganismen ontwikkelde zich een humeuze bovenlaag, maar deze verzuurde door een natuurlijk verzuringproces. De humus loste op en spoelde met de regen uit en dit is als een donkere askleurige loodzandlaag (1) te zien. In de daaronder gelegen lagen spoelt humus en ijzer in. In het profiel ziet u een zwarte humeuze, deels verkitte laag met maximale inspoeling van humus (2). Bij inspoelingslaag 3 ziet u een donkerbruine laag van humus met ijzerhuidjes om de zandkorrels en vanaf deze tot het onveranderde zand de geelbruine overgangslaag (4). Opvallend is dat er geen stuifzanddek en nauwelijks een humeuze bovenlaag aanwezig is. Bovenop de dekzandrug is wel stuifzand afgezet, maar in de luwte van de helling (nog) niet. In laag 3 en 4 is langs een wortelkanaal extra humus afgezet. Bovendien treft men dunne humeuze banden aan, die het geheel als een kunstwerk maken. Dit worden fibers genoemd en ontstaan door inspoelen van humus. Dit bodemprofiel wordt een haarpodzol genoemd.

Veel stuifzandgebieden zijn in de late middeleeuwen ontstaan en vooral door bebossing vastgelegd. Door beheersmaatregelen is dit gebied weer actief geworden en zijn opnieuw delen gaan verstuiven. Daardoor vindt er geen bodemvorming plaats. Na een eeuw onder bos liggen is er een zeer dun bovenlaagje en een dun uit- en inspoelingslaagje gevormd, die door de tijd steeds dikker worden.

door Henk van het Loo
advertentie
advertentie